Muzikale kweekvijver Wilhelmina: Erik Rozendom

Het is bijna zover: ons najaarsconcert Muziek van Broadway tot Hollywood op 12 november. Dit concert keert er een oude bekende terug. We gaan in gesprek met Erik Rozendom. Hoe zag zijn muzikale carrière eruit? En wat vindt hij ervan om af en toe terug te komen bij zijn oude vertrouwde vereniging?

Hoi Erik, waar kennen wij jou van?

In 1988 werd ik lid van Wilhelmina, nadat ik 2 jaartjes blokfluitles heb gehad bij de Muziekschool. Ik begon met trompetles van toenmalig dirigent Hans Hilgerink. Na een tijd ben ik overgestapt naar hoorn. Toen ik een jaar of 11 was, kwam ik naast Ineke en Willy in het orkest te zitten. In 2002 verhuisde ik naar Rotterdam voor mijn studie. Toen was de wekelijkse repetitie helaas niet meer te combineren. Maar sinds 2002 kom ik nog af en toe terug om mee te spelen met het grote orkest van Wilhelmina.

Waarom ben je begonnen met muziek maken?

Vanuit huis kregen we allemaal AMV op de Muziekschool en mochten daarna kiezen voor een instrument. Thuis hadden we LP’s van bijvoorbeeld de Marinierskapel.  Dat was de eerste aanzet naar mijn keuze voor een blaasinstrument. En toen ik de gebroeders Brouwer hoorde spelen in het Parkgebouw, wist ik dat ik trompet wilde spelen.

Erik als jongetje voor de Muziekkoepel in het Park

Hoe ziet jouw muzikale carrière er tot nu toe uit?

Vanaf het moment dat ik les kreeg bij Bert Sleumer, mijn eerste echte hoorndocent, leerde ik veel breder over het hoornspelen. Ik speelde wel eens mee in een operette en steeds meer bij andere verenigingen.

In 2000 ging ik naar het ZON (Zomer Orkest Nederland). Daar ontdekte ik dat ik best goed speelde. Daar had ik nooit echt bij stilgestaan. Ik stond eigenlijk ook niet stil bij een studie en carrière in de muziek. Na ZON is het balletje gaan rollen. In 2001 kwam ik via Petra, de vrouw van Tijmen Botma, op het conservatorium in Zwolle terecht. In 2002 ben ik overgestapt naar het conservatorium van Rotterdam, waar ik mijn bachelor en master op hoorn heb gehaald.

Ondertussen werkte ik steeds vaker als musicus en kwam ik in de musicalwereld terecht. Mijn eerste vaste productie was Beaty and the Beast, gevolgd door veel andere musicals. En nu speel ik alweer 12 jaar in Soldaat van Oranje als hoornist en dirigent. Daarnaast speel ik ook nog regelmatig bij militaire orkesten,  altijd als remplacant.

In 2005 werd ik dirigent van mijn eerste orkest in Vlaardingen. Dit vond ik erg leuk. Daarom ben ik 2013 een directiestudie gaan doen bij Tijmen Botma in Groningen. Mijn diploma haalde ik in 2017 en nu ben ik dirigent bij vier verenigingen en bij Soldaat van Oranje.

Sinds 2008 ben ik ook professioneel arrangeur bij uitgever Molenaar. At Worlds End, die ook op 12 november op het programma staat, is wereldwijd een van mijn meest gespeelde arrangementen.

Waarom koos je voor de muziek?

De muziek koos mij! Ik wilde eigenlijk architect worden, volgde een bouwkunde studie en werkte als bouwkundig tekenaar bij BDC. Tijdens mijn Mbo studie trok ik al meer naar de muziek toe. Ik heb op een gegeven moment gewoon eens auditie gedaan op het conservatorium en werd aangenomen. Een schot in de roos. Een jaar later heb ik mijn baan opgezegd en ben ik fulltime muziek gaan studeren.

Hoe is het om af en toe weer mee te spelen in Rijssen?

Ik kom met heel veel plezier langs. Ik draag Wilhelmina een warm hart toe en ben trots dat ik hier vandaan kom. De vereniging heeft toch bijgedragen aan mijn carrière.

Nu speelt Wilhelmina ook jouw gearrangeerde muziekstukken. Hoe vind je dat?

Dat is eervol. Intussen spelen veel verenigingen “mijn” muziek. Dat is erg leuk om mee te maken. En dat mijn ‘ouwe kluppie’ ook arrangementen van mij speelt, maakt me trots!

Meer weten over ons concert op 12 november? Vind hier meer informatie.